Geweld Hoort Nergens Thuis

‘Geweld hoort nergens thuis’ (GHNT), zeker niet in je eigen huis, waar je veilig moet zijn en je je zeker als jongere veilig moet voelen om jezelf te kunnen zijn en je te ontwikkelen. Veel jongeren hebben thuis niet zo’n veilige omgeving.

De ambitie van het meerjarenprogramma GHNT is om huiselijk geweld en kindermishandeling terug te dringen, de schade ervan te beperken en de vicieuze cirkel van geweld, de overdracht van generatie op generatie te doorbreken. We moeten met elkaar een veilig netwerk vormen rondom de slachtoffers, jong en oud, (potentiële) daders en hun sociale omgeving.

Thema's van het programma GHNT

Veiligheid voorop

Dat is niet gemakkelijk, maar het is hoog tijd om hier aan te werken, toekijken en afwachten is geen optie meer. De duurzame oplossing zit in (professionals)mensen die beter met elkaar samenwerken, verantwoordelijkheid nemen en die verantwoordelijkheid zorgvuldig overdragen, waarbij de veiligheid van slachtoffers voorop staat en er aandacht is voor alle betrokkenen.

In beeld, stoppen en duurzaam oplossen

Niet alles lukt in één keer en er zijn steeds weer nieuwe uitdagingen, maar als we het blijven doen zoals we deden, dan houden we wat we al hebben. Huiselijk geweld en kindermishandeling moeten eerder en beter in beeld zijn, zodat we het zo snel mogelijk kunnen stoppen en duurzaam kunnen oplossen. Bij deze drie stappen is er extra aandacht voor specifieke groepen, zoals kinderen in complexe scheidingen, slachtoffers van mensenhandel, ouderenmishandeling en de problematiek rondom loverboys.

Drie opdrachtgevers

Het nationale meerjarenprogramma GHNT werkt in opdracht van de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), voor Rechtsbescherming (JenV) en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en richt zich nu op de fase waarin huiselijk geweld, verwaarlozing en kindermishandeling al plaatsvinden. In de loop van het programma wordt preventie aangepakt.

Dagelijkse praktijk

GHNT sluit aan bij de dagelijkse praktijk van meer dan één miljoen professionals in het domein Zorg + Veiligheid. Ze maakt primair gebruik van bestaande organisaties, verbanden en vormen en ontwikkelt alleen iets nieuws als dit iets toevoegt aan de bestaande structuren en een directe bijdrage levert aan de doelstellingen van het programma.

28 regio’s

Een cruciale rol in deze aanpak spelen de 28 regionale projectleiders, aangesteld door de regio’s zelf, die als spin in het web van regionale samenwerkingsverbanden opereren. Het landelijke programmateam GHNT initieert, verbindt en coördineert landelijke, regionale en lokale activiteiten en brengt synergie aan in de aanpak om huiselijk geweld en kindermishandeling terug te dringen en duurzaam op te lossen.

Kennen, begrip tonen en vertrouwen

Randvoorwaarden voor de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling is op een goede manier multidisciplinair samen werken. Hierbij is elkaar kennen, begrip tonen en vertrouwen van groot belang. Als professionals, maar ook managers, bestuurders en opdrachtgevers aan deze randvoorwaarden voldoen, pakken zij knelpunten die (dreigen) vast te lopen direct aan, zonder dat ze op elkaar gaan zitten wachten. Professionals krijgen dan ruimte om zo te functioneren, dat veiligheid van slachtoffers voorop staat en dat van daaruit ingezet wordt op risico gestuurde en herstelgerichte zorg. Werken vanuit deze grondhouding zorgt er voor dat voor alle betrokkenen een situatie ontstaat waarbij huiselijk geweld en kindermishandeling nationaal, regionaal en lokaal duurzaam worden aangepakt.

Relevante links en downloads

Resultaten

Project: Ieder kind geïnformeerd

Cover van magazine Jeugdautoriteit. Twee kinderen spelen op de grond met raceauto's

Het project Ieder kind geïnformeerd levert een bijdrage aan het versterken van de veerkracht van kinderen. Vanuit het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) is in samenwerking met Danny Dijkhuizen, ervaringsdeskundige bij het programma, een online boodschap ontwikkeld die kan worden gebruikt als hulpmiddel en inspiratiebron bij het gesprek tussen kinderen en leerkrachten over de coronaperiode.