Focus op de totale in- en uitstroom moet wachttijden aanpakken
In de praktijk
Wachttijden zijn gecompliceerder dan ze lijken, dat ervoeren Frens Pries en Tim Haarlemmer toen ze op verzoek van Jan Menting begonnen aan hun zoektocht naar de aanpak van wachttijden in de jeugdzorg. “We startten met onderzoek naar de achterliggende problematiek”, licht Pries toe. “Die kennis was er niet.”
Maar een aanpak kan ook starten zonder volledig begrip van de oorzaken, vonden beide onderzoekers, namelijk door te focussen op de in- door en uitstroom. "Kort cyclisch leren, testen en het zo verhogen -in de regionale praktijk- van de effectiviteit."Donderdag 28 april werden hun inzichten neergelegd in het document ‘Een functionele kijk op wachttijden’ gepresenteerd.
Bekijk en/of download Een functionele kijk op wachttijden
Meer inzicht is nodig in de effectiviteit, kosten en doorlooptijd van behandelingen, volgens Pries. “Dan kunnen we mogelijke oplossingen, verbeteringen en behandelingen beter met elkaar vergelijken.” Uit onderzoek blijkt dat zo’n 80% van de zorg die we leveren niet bijdraagt aan het oplossen van de problematiek van het kind, dat de (her)instroom toeneemt en de uitstroom achterblijft.
Op basis van betere informatie kunnen we gerichter betere keuzes maken”, zegt Pries. “Vergelijk dit met een knieoperatie: we weten dat een leefstijlinterventie voor de operatie over het geheel grote, ook financiële, voordelen heeft.
Kijken naar de totale problematiek
Tegelijkertijd moeten we niet naar individuele bottlenecks kijken, vindt Pries, maar naar de in-, door- en uitstroom van de gehele jeugdzorg. De sterke groei van het jeugdzorggebruik en de hoge (werk)druk bij zorgaanbieders hebben een groot aandeel in de wachttijdenproblematiek en maken het tegelijk moeilijk om de wachttijdenproblematiek aan te pakken.
Pries: “Door te kijken naar de totale in- uit en doorstroom betekent wachttijden aanpakken vanzelf ook de hoge kosten aanpakken, want ook die zijn gekoppeld aan de omvangrijke jeugdzorg. Zo kan de aanpak van wachttijden zich letterlijk dubbel terugbetalen.”
Ruimte voor de professional
Meer ruimte voor de zorgprofessional is een ander middel tegen wachttijden. Pries: “Een effectievere professional, bijvoorbeeld door de inzet van groepsbehandelingen en van e-health, schept de broodnodige ruimte om wachttijden aan te pakken.”
Andere maatregelen zijn volgens Pries “professionals beter ondersteunen in hun werkzaamheden, bijvoorbeeld bij vereiste administratieve taken, bij de zoektocht naar de juiste hulp en de inzet van- en samenwerking met andere professionals en bij het helder afbakenen van wie wat doet.
Dan kunnen systemen hen in hun werkzaamheden helpen en de kwaliteit verbeteren in plaats van dat ze extra werklast en restricties brengen. Je vangt dan twee vliegen in een klap: je pakt wachttijden direct aan en je maakt tijd voor professionalisering, ontwikkeling en innovatieprojecten die nu niet passen.”
Preventie
Naast ruimte creëren voor de professional is het versterken van het normale leven en de inzet van effectieve preventie noodzakelijk om de jeugdzorg in Nederland betaalbaar te houden.
“Preventieve maatregelen hebben logischerwijs het meeste effect”, vindt Pries “omdat kinderen het grootste deel van hun leven, en daarmee een potentieel leven in of buiten de zorg, nog voor de boeg hebben.” De rekensom valt op de lange termijn positief uit.
Daarnaast kan de omgeving van het kind beter worden ingezet bij het opvangen van ‘uitstroom’. Pries: “Niet alleen blijven er kinderen onnodig in het systeem zitten omdat ze geen plek hebben om naartoe te gaan, ze vallen ook sneller terug omdat de benodigde lichte ondersteuning niet in hun eigen leefwereld wordt gegeven.
Het verbeteren van de weerbaarheid en flexibiliteit van kinderen en hun ouders kan groot effect hebben op het voorkomen van instroom naar jeugdzorg en zelf op het vergroten van de uitstroom en het doen afnemen van recidieven.
Een betere analyse beperkt de instroom
Het inzetten op een betere eerste analyse kan ervoor zorgen dat we direct beterpassende zorg inzetten en dat kinderen minder niet-helpende trajecten en gesprekken ingaan.
In 80 procent van de gevallen laat een tweede diagnose op basis van dezelfde informatie nu een andere uitkomst zien. Eveneens in 80 procent van de zorg die we leveren draagt deze niet bij aan het oplossen van de problematiek van de kinderen.
Pries: “Door het probleem beter te analyseren kunnen we ook zorgen voor een ‘normalisatie-effect’, want niet altijd is jeugdzorg de juiste oplossing. We kunnen instroom beperken door er meer tijd voor te nemen en daarnaast het kennisniveau verhogen door cursussen, met ondersteunende systemen of door samenwerking met meer senior of hoger opgeleide professionals zoals een GZ-psycholoog.
De analyse aan de voorkant is hiervoor de meest logische plaats. Maar ook als de behandeling al gestart is, is het goed om te her-evalueren of het huidige traject nog het juiste is en of er wellicht betere alternatieven zijn.”
Toegankelijkheid, vindbaarheid en duidelijkheid
Pries besluit zijn bevindingen tot nu toe met te wijzen op een de toegankelijkheid en vindbaarheid van de jeugdzorg. “Dit moeten we beter organiseren, bijvoorbeeld in de vorm van een gebruiksvriendelijk interactief overzicht of een centrale toegang.”
Je weg te vinden in het complexe systeem van jeugdzorg blijkt volgens hem moeilijk te zijn, voor kinderen en gezinnen, maar ook voor professionals.
Het is niet altijd duidelijk wie wat doet en waar je voor wat moet zijn, laat staan hoe je daar komt. Soms gaat dat ten koste van een goede doorverwijzing of samenwerking omdat een minder alternatief makkelijker is of minder tijd kost.
Pries: Een duidelijke beschrijving van ‘voor wat je waar moet zijn’ kan professionals bovendien enorm helpen in hun contact met kinderen en hun gezin, en tot wel 60 procent verschil in jeugdzorgvolume betekenen. De kwaliteit van de zorg hoeft daaronder niet te lijden.
Als direct doorverwijzen naar de specialistische jeugdhulp een minuut kost zal de alternatieve (wenselijke) route volgens Pries via de gemeentelijke toegang nooit worden gebruikt als die 45 minuten in beslag neemt.
Meer weblogberichten
Ook interessant
-
Aanpak Wachttijden
Het Team Aanpak Wachttijden van het Ondersteuningsteam Zorg voor de Jeugd (OZJ) is medio 2021 aan de slag gegaan om regio’s bij ...
-
Interview met Jeannet Coens en Jan Menting over de Aanpak Wachttijden
De jeugdzorg staat onder zware druk. Wachttijden van drie tot soms acht maanden voor jongeren die op de lijst staan om behandeld ...
Reactie toevoegen
U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.
Reacties
Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.