In Deventer: Standaardisatie in financiering jeugdzorg is sleutel tot innovatie en duurzame groei’

In de praktijk

‘Laten we het weer samen over de inhoud hebben, niet over hoe we het betalen. Dat komt de kwaliteit van zorg alleen maar ten goede.’ Dat vindt wethouder Ilse Duursma (Jeugd en Onderwijs) van de gemeente Deventer. Zij diende eind 2024 tijdens de algemene ledenvergadering van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een motie in over landelijke tarieven voor de inkoop van de jeugdzorg. Haar motief? De jeugdige centraal.

Afbeelding van Ilse Duursma en Nienke Boom
Beeld: ©Ilse Duursma en Nienke Boom

We spreken de bevlogen wethouder op een zonnige donderdagochtend in Deventer. Hier vertelt ze samen met zorgprofessional Nienke Boom van AGNO en supporter van eerdergenoemde motie over het belang van standaardisatie in de jeugdzorg. Een proces waarbij uniforme landelijke standaarden worden ontwikkeld voor de inkoop, administratie en verantwoording van jeugdhulp. En dat is erg belangrijk vinden Ilse en Nienke.

Ilse: ‘Wij zijn als gemeenten en zorgaanbieders jaarlijks heel veel tijd kwijt om elke keer weer de juiste tarieven vast te stellen. Tijd waarin we dus niet met jongeren bezig zijn. Die financiering is volgens mij een stuk eenvoudiger te regelen als we vaste landelijke tarieven zouden hebben. Standaardisatie zorgt voor minder administratieve lasten voor gemeenten, zorgaanbieders en jeugdzorgprofessionals. Daardoor kunnen we weer meer tijd besteden aan het verlenen van zorg aan de jeugdigen.

Verschillende aanpak rond IJssel

‘Op dit moment werken we in drie regio’s, die het allemaal heel verschillend aanpakken’, vult orthopedagoog Nienke aan. ‘En in al die verschillende regio’s werken de verschillende gemeenten in die regio’s op hun beurt ook weer op hun eigen manier. En volgens hun eigen geformuleerde begrippen. Dat maakt dat je als zorgverlener je bij elk hulpverleningstraject dat je start moet afvragen: waar woont deze jongere/jeugdige, onder welke regio valt hij/zij/hen? En waar moet ik als zorgprofessional aan voldoen om deze jongere te helpen? Terwijl eigenlijk je eerste vraag zou moeten zijn: hoe kan ik deze jongere zo goed mogelijk helpen, wat heeft deze jongere echt nodig?’

’Het maakt qua aanpak en tarieven soms heel veel verschil uit of een jongere aan de ene kant van de IJssel woont of aan de andere kant.’

Ze vervolgt: ’Het maakt qua aanpak en tarieven soms heel veel verschil uit of een jongere aan de ene kant van de IJssel woont of aan de andere kant, ook al zit daar maar 1 kilometer tussen. We hebben wat dat betreft met z’n allen een heel ondoorzichtig systeem met grote tariefverschillen gemaakt. Daarvan hebben zowel de gemeenten als de zorgprofessionals heel veel last. De VNG is naar aanleiding van de motie met een Plan van Aanpak Standaardisatie gestart om tot uniforme, landelijke standaardtarieven te komen.

Drie sporenbeleid

 Ilse: ‘We proberen nu in de regio IJsselland met elkaar te kijken waar we slimmer kunnen samenwerken. Daarbij onderschrijven we het driesporenbeleid van de VNG. Spoor 1 is een doorlopend traject en richt zich direct op toepasbare standaarden en een intensieve communicatiecampagne naar gemeenten en zorgaanbieders. Standaardisatie kan nu al. Als gemeente kun je al met de aanbieders en de andere gemeenten in jouw regio kijken hoe je standaardisatie in de praktijk kunt realiseren.’

‘Spoor 2 gaat over de ontwikkeling van de landelijke standaarden. Een belangrijk onderdeel daarvan is het creëren van een 'eenheid van taal', waarbij alle gemeenten dezelfde productcodes en definities gebruiken. Dit zorgt ervoor dat iedereen op dezelfde manier werkt en bevordert de samenwerking tussen gemeenten. Omdat we jarenlang in deze regio op heel verschillende manieren werken, zie je dat er overal kleine verschillen zijn ontstaan en dat heeft weer effect op de aanbieders. Maar die verschillen worden soms ook uitvergroot, omdat we als gemeente iets heel belangrijk vinden. Dus eigenlijk moeten we toe naar het uniformeren van begrippen en die vertalen in een productstructuur en ook daarmee zijn we al gestart.

Spoor 3 start met voorlopers, zoals pleegzorg en gezinshuizen, om in de praktijk te toetsen hoe standaardisatie succesvol kan worden ingevoerd.’

Voortrekkersrol

‘Deze aanpak vraagt zowel ambtelijk als bestuurlijk behoorlijke inzet van de gemeenten Deventer en Zwolle, die in deze regio als grotere gemeenten een voortrekkersrol vervullen. Ik zou heel blij zijn als we deze stappen naar standaardisatie in vijf jaar met elkaar kunnen regelen. Ik denk eerlijk gezegd dat het niet zo hard zal gaan en zie hierin ook een belangrijke rol voor het Rijk weggelegd’, aldus Ilse.

Nienke: ‘Standaardisatie betekent voor mij als zorgprofessional dat ik mij meer op de inhoud van de zorg kan richten dan op het afstemmen van de financiën met de verschillende regio’s. Het liefste doe ik gewoon waarvoor ik opgeleid ben en wat ik kan. Hierdoor kunnen we met alle regionale zorgaanbieders samen praten over onze gezamenlijke zorgaanpak. Maar we kunnen ook veel meer innovatieve maatregelen bedenken om jongeren en hun ouders sneller en beter te kunnen helpen.

Doordat er in de gemeente Deventer ruimte wordt gevoeld om hierin te kijken wat wél kan, is er ruimte voor projecten waarbij we kijken op welke manier er anders met de financiën omgegaan kan worden, zodat de inhoud voorop staat. Zo organiseren we sinds de afgelopen vijf jaar groepstrainingen voor ouders over het beïnvloeden van het gedrag van hun kinderen. Ouders kunnen zich hiervoor via de school van hun kind kunnen opgeven. Dit is een effectieve behandelmethode die we kunnen inzetten, zonder dat er een beschikking nodig is.’

‘Een goede onderlinge samenwerking begint bij openstaan voor elkaar en vooral luisteren naar wat de ander daadwerkelijk nodig heeft om de jeugdzorg zo goed mogelijk in te vullen.’

Open houding, luisterend oor

Volgens Nienke en Ilse gaat er al veel goed in de samenwerking, maar het vraagt ook om inspanning van beide kanten. Ilse: ‘Een goede onderlinge samenwerking begint bij openstaan voor elkaar en vooral luisteren naar wat de ander nou daadwerkelijk nodig heeft om de jeugdzorg zo goed mogelijk in te vullen. En ik denk echt dat juist de professionals heel veel ideeën daarover hebben. Dus probeer met elkaar te kijken naar wat er echt in de jeugdzorg werkt en hoe je daaraan handen en voeten kunt geven. Het is mijn toekomstdroom dat dit gewoon goed gaat werken in het hele land, zodat we ons weer kunnen richten op dingen die echt belangrijk zijn en onze jongeren daardoor goed kunnen opgroeien.’

‘Daarbij is vertrouwen heel belangrijk’, vult Nienke aan. Je moet het als gemeenten, als zorgprofessionals en als regio met elkaar doen. Dus moet je ook erop kunnen vertrouwen dat iedere zorgprofessional zich houdt aan zijn eigen beroepscode. En aanbieders moeten erop mogen vertrouwen dat een gemeente het beste met haar inwoners voor heeft. Als je dat centraal stelt en vooral ook daarover het gesprek blijft voeren, denk ik dat er veel kan en goed gaat. Zo’n situatie gun ik eigenlijk al mijn collega’s in het land.’

Tips van Ilse en Nienke:

  • Redeneer vanuit de inhoud en stel daar een normaal tarief voor jeugdzorg tegenover. Het gaat om de jongeren/jeugdigen, niet om verschillende manieren van inkoop.
  • Voer een stabiel beleid, zodat je als gemeente en zorgaanbieder weet wat je aan elkaar hebt. Zet de juiste mensen op de juiste plek, vertrouw op elkaars rol.
  • Een goede samenwerking vraagt ook om inspanning van beide kanten. Zorg voor veel onderling contact, sta open voor elkaar en luister naar wat de ander daadwerkelijk nodig heeft om de jeugdzorg zo goed mogelijk in te vullen.
  • Kijk voor tips op de site van het VNG en download het Plan van Aanpak Standaardisatie.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.