Samen werken voor veiligheid: het Handelingskader beproeven in de proeftuinen

In de praktijk

Het Handelingskader kind- en gezinsbescherming is er om professionals te ondersteunen bij hun werk rond huiselijk geweld, waaronder ook kindermishandeling Drie betrokkenen vertellen hoe het in de proeftuinen wordt beproefd: Marenne van Kempen, ontwikkelaar van het Handelingskader, en Eefke Custers en Anita van den Broek, beiden Manager Kennis en Innovatie bij Stichting Civil Care, expertisecentrum GSV & TOP-3, die de coaching in de proeftuinen begeleiden.

“We werken aan directe en stabiele veiligheid voor alle leden van een gezin, van 0 tot 100, en aan persoonlijke groei”, aldus Marenne. “Dat is de kern van het Handelingskader. Het helpt professionals om met een brede blik te kijken, maar tegelijk oog te houden voor de unieke situatie van elk individu binnen hun gezinssituatie.”
 

Meteen het geweld stoppen

Het document beschrijft hoe professionals methodisch kunnen samenwerken en koppelt die werkwijze aan de verschillende verschijningsvormen van huiselijk geweld. “De aard van het geweld en de onderliggende oorzaken doen ertoe in hoe je een gezin ondersteunt,” zegt Marenne. “Maar belangrijker nog is helpen bij het stoppen van het geweld. Dat is de hoofdfocus: het maken van een gezamenlijk veiligheidsplan om het geweld stop te zetten.”

Marenne legt uit dat de tweede versie van het Handelingskader die binnenkort verschijnt niet een nieuwe is, maar een beter uitgewerkte versie: “We kleuren het Handelingskader verder in. De eerste versie was een startpunt, de tweede versie helpt professionals nog duidelijker te zien hoe ze methodisch kunnen werken en de veiligheid kunnen helpen waarborgen.”
 

Proeftuinen: zelfde doel, verschillende wegen

De beproeving van het Handelingskader vindt plaats in verschillende proeftuinen die elk hun eigen vertrekpunt en tempo hebben. Anita geeft aan: “De proeftuinen werken niet op eenzelfde manier. Sommige regio’s werken met een Regionaal Veiligheidsteam, andere kiezen voor een Regionaal Veiligheidsnetwerk met zorgpartners. Die verschillen geven juist waardevolle informatie: welke keuzes leveren welk resultaat op?” 

Eefke benadrukt dat deze verschillen het werk juist leerzaam maakt: “De uitdaging is om deze verschillen te gebruiken als leermateriaal zodat we met elkaar ervan profiteren en niet telkens het wiel hoeven uit te vinden.”

Coaching op alle lagen

Anita en Eefke coachen de mensen in de proeftuinen om met het Handelingskader te kunnen werken. Volgens hen werkt coaching alleen als die op alle lagen plaatsvindt: uitvoerende professionals, middenmanagement en, waar nodig, bestuurders. Anita licht toe hoe dit in de praktijk gebeurt: “We richten een apart overleg in waarin we methodische leervragen behandelen. Het gaat om het procesmatig werken, vanuit grondhouding, met gefaseerd samenwerken voor veiligheid. We gebruiken het praktijkvoorbeeld als vehikel om de methodische vraag te beantwoorden, zodat mensen leren vissen in plaats van alleen vis te krijgen.”

Soms is er weerstand. Zo horen Anita en Eefke wel eens: ‘Wij moeten helemaal niet naar een nieuw methodisch proces, wij moeten doen wat nodig is’. “Maar het Handelingskader helpt juist om buiten de lijntjes te kleuren, om te kunnen doen wat nodig is. Als professionals de basis goed leren, kunnen ze daarna meer spelen en vrijheden nemen.”
 

Leren van elkaar

De achterliggende gedachte van de proeftuinen is dat zij ervaringen opdoen, zodat de volgende daarvan kan leren. Marenne: “Als de proeftuinen plaatsnemen op het fundament dat hun voorganger al heeft gemaakt, kunnen ze van daaruit verder ontwikkelen.” Anita vult aan: “Het gaat erom dat iedereen stap voor stap vertrouwd raakt met de nieuwe werkwijze. Eerst oefenen en bewustwording creëren. Als je vertraagt, ga je uiteindelijk versnellen. Maar vertragen vraagt ruimte die nog niet overal is.”

“Er zit een fasering in onze begeleiding”, vertelt Eefke. “Na de eerste periode van intensief coachen, kijken we welke professionals enthousiast zijn en hun kennis verder willen verspreiden binnen de organisatie. Met hen formeren we dan een kopgroep. Uiteindelijk is het de bedoeling dat organisaties zelf de coaching overnemen.” De subsidie voor coaching loopt voorlopig door tot medio 2026; daarna zal duidelijk moeten worden hoe continuïteit gegarandeerd wordt.
 

Een blik op de toekomst

Wat is een ideaalbeeld voor over twee jaar? Marenne hoopt dat professionals breder en vanzelfsprekender over huiselijk geweld in gesprek kunnen: “Ik gun ieder gezin en huishouden dat er professionals staan die erop zijn toegerust dat ze ‘gewoon’ over huiselijk geweld in gesprek kunnen gaan. Dat klinkt eenvoudig, maar is het niet. Huiselijk geweld is beladen, pijnlijk en spannend. En ik hoop dat ze leren kijken met een brede blik, dus niet een kinderbeschermingsmaatregel treffen, terwijl eigenlijk misschien de pleger uit huis moet of schulden opgelost moeten worden. Dus echt doen wat nodig is.”

Het beproeven van het Handelingskader toont dat het niet enkel om nieuwe regels gaat, maar om het ontwikkelen van professioneel vakmanschap en een gezamenlijke houding. (Her)inrichting is noodzakelijk, wat ook vraagt om nieuwe geldstromen. Pas als al die lagen en ingrediënten samenkomen en een methodisch proces van samenwerken is ingericht, ontstaat er echte transformatie.
 

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.